Insecten versus vlees als voedsel
-
Hallo Tirsa,
Wij zijn twee meiden uit vwo 6 en we doen ons profielwerkstuk over insecten voor het vak scheikunde. We willen onderzoeken in hoeverre insecten vlees kunnen vervangen. Hiervoor willen we kijken naar het vetgehalte en naar het eiwitgehalte van zowel insecten (meelwormen/sprinkhanen) als vlees (rundergehakt). Om het vetgehalte te kunnen bepalen maken we gebruik van de Soxlet-methode. Deze methode kunnen we gewoon op school uitvoeren. De eiwitgehaltebepaling gaat echter minder gemakkelijk daarom willen wij met deze mail u om hulp vragen.
We weten dat de eiwitconcentratie met verschillende methodes bepaald kan worden. Wij hebben ons verdiept in de Kjeldahl-methode en de Biureet-methode. Met de Kjeldahl-methode kan je het percentage stikstof in organische verbindingen berekenen met behulp van een (terug)titratie. De methode bestaat uit enkele stappen. Als eerst wordt de organische stikstof vrijgemaakt. Vervolgens moet het mengsel worden gedestilleerd en ten slotte getitreerd. Deze methode hebben we al een keer op school uitgevoerd maar het was helaas niet gelukt. Dit komt onder andere omdat ze bij ons op school niet de juiste begeleiding kunnen bieden en doordat er niet de juiste middelen zijn (bijvoorbeeld een goede zuurkast). Wij vroegen ons af of er bij u iemand bekend is met Kjeldahl die ons zou kunnen helpen. Wij zouden graag willen weten waar we op moeten letten als we dit onderzoek nog eens uitvoeren en of ons werkplan juist is. Daarnaast willen we vragen of er een mogelijkheid is om dit practicum uit te kunnen voeren in jullie laboratorium.
Het eiwitgehalte kan ook met behulp van de Biureet-methode gemeten worden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van koperionen in een alkalisch milieu. In deze reactie worden de koperionen gebonden aan peptide bindingen. Doormiddel van een fotospectrometer is dan de concentratie te bepalen met behulp van een standaard eiwitoplossing. Hiervoor is een helder monster nodig. We moeten dus de eiwitten van de insecten en het vlees zien op te lossen in een oplosmiddel. Na contact te hebben gehad met iemand die in het laboratorium van een ziekenhuis werkt en met iemand van het UVDL, is het ons niet gelukt om een heldere oplossing te maken. Wij hopen dat u ons misschien veder zou kunnen helpen met dit probleem.
Kortom, voor ons profielwerkstuk willen we graag een eiwitgehaltebepaling doen. Bij zowel de Kjeldahl-methode als bij de Biureet-methode komen we problemen tegen. Wij hopen dat u ons hiermee veder zou kunnen helpen. Mocht er bij jullie gebruik worden gemaakt van een andere methode om het eiwitgehalte te bepalen dan horen we dat graag en zouden we het erg fijn vinden als we het practicum bij jullie zouden mogen doen.
Met vriendelijke groet,
Marjolein van Borselen en Ibtissam Acem -
Beste Marjolein en Ibtissam,
Gaaf onderzoek hebben jullie bedacht! Ik ben benieuwd hoe jullie de proef met de Kjeldahl-methode hebben uitgevoerd op school. Hebben jullie daar een plan van aanpak van? Wat ik er over gelezen heb denk ik namelijk dat het wel mogelijk moet zijn op een school. Ik vraag me af wat de universiteit kan toevoegen. Als jullie je werkplan opsturen, kan ik jullie misschien beter helpen.
Als een laborant en iemand van UVDL jullie niet kan helpen met de Biureet-methode, ben ik bang dat ik je ook niet veel verder kan helpen. Op deze pagina staat beschreven dat je je voedselmonster moet maken door je voedsel (vlees/insecten) te pletten en de-geïoniseerd water toe te voegen. Hebben jullie ook zoiets gedaan?
Er zijn nog wel andere methoden om het gehalte te bepalen, maar die worden niet hier op de TU uitgevoerd en zijn ook niet mogelijk op school.
Groetjes,
Tirsa -
Beste Marjolein en Ibtissam,
Ik heb nog eens goed gekeken naar de destructiefase, en ik denk dat dat inderdaad wel erg lastig word. Zwavelzuur is een erg sterk zuur (het kan vlees afbreken, dus bedenk maar wat er kan gebeuren als het in contact komt met je huid...) en het is dus erg gevaarlijk hier mee te werken. Ik denk niet dat ze dat op school of een universiteit zomaar toelaten. De reden dat je ook nog eens zulke hoge temperaturen nodig hebt, is omdat de reactie anders erg langzaam gaat. De kritische temperatuur waarop de stikstofbindingen breken is zo'n 373 graden Celcius.
Ik heb twee bestanden gevonden waar veel informatie over deze methode staat. Misschien kunnen jullie daar wat mee!
Groetjes,
Tirsa -
Hallo Tirsa,
We hebben voor de Kjeldahlmethode het volgende werkplan gebruikt (blz. 78). Het ging bij ons al fout in de destructiefase. We hadden het uitgeprobeerd met rundergehakt maar dit hadden we niet tot poeder gemalen. Misschien isdat de reden dat het onderzoek niet is gelukt. Weet jij misschien hoe we het gehakt zouden kunnen drogen (zonder te koken) zodat we er een poeder van kunnen maken? Daarnaast hebben we op het internet een paar keer gevonden dat je in de destructiefase het mengsel van zwavelzuur en in ons geval het gehakt moet verhitten tot 400 graden Celsius. Bij ons op school doen ze hier moeilijk over aangezien er mogelijk zwaveldampen vrijkomen maar wij vroegen ons af of jij misschien weet waarom het zo warm moet zijn.
Voor de buireet-methode gaan we binnenkort een monster maken met ascorbinezuur, gedemineraliseerd water en gehakt/insecten. We hopen dat dit lukt en anders proberen we jouw voorstel uit.
Bedankt voor je hulp.
Groetjes,
Marjolein en Ibtissam -
Beste Tirza,
Bedankt voor je hulp. Intussen hebben we contact gehad met de Radboud universiteit. We mogen bij hun op de universiteit de Kjeldahl methode uitvoeren. De twee bestanden die je ons hebt gestuurd zullen nog zeker goed van pas komen voor het schrijven van ons pws. Bedankt hiervoor.
Groetjes,
Marjolein en Ibtissam -
Fijn om te horen dat jullie bij de Radboud universiteit terecht kunnen! Veel succes verder met jullie pws. Voor vragen kunnen jullie altijd terug komen op het forum.
Groetjes,
Tirsa