Beste Tirsa,
We zijn nu bezig met het afronden van ons PWS en onze proefjes zijn gelukt! Met het aaneenschakelen twee van zelfgemaakte cellen kregen wij ruim een halve volt. We hebben hetzelfde ook binnen een batterij geprobeerd, dus meerdere laagjes in een batterij (zetmeel-zoutbrug-waterstofperoxide-zoutbrug-etc) maar dit werkte niet omdat de stoffen langs de zoutbrug gingen lekken (dit hebben wij aangetoond met jood-oplossing).
We weten nu ook waarom we de waterstofperoxide moesten aanzuren: het electrodepotentiaal van aangezuurd waterstofperoxide is hoger dan dat van alleen waterstofperoxide en zou dus voor een hoger voltage moeten zorgen.
Ter uitbreiding van ons stuk over zetmeel als reductor hebben wij iets meer verdiepende theorie nodig, maar die is moeilijk te vinden. Wij willen namelijk graag voorbeelden van primaire en secundaire alcoholen die als reductor werken, maar die zijn bijna niet te vinden! Ook willen wij iets dieper ingaan op de reactie van zetmeel als reductor, en we kunnen niet vinden of dit klopt (we hebben dit geschreven in ons PWS);
Zetmeel bestaat uit een lange koolstofketen van gebonden oxacyclohexaanringen, meer gebruikelijk is de aanduiding THP: tetrahydropyran. Elke heeft zijn eigen CH2OH-groep. Dit is een koolstofatoom met daaraan twee waterstofatomen en een hydroxygroep, wat ervoor zorgt dat het geheel een alcohol is. Door een base aan zetmeel toe te voegen hergroeperen deze CH2OH-groepen. Een base zorgt ervoor dat een reactie op gang komt, waarbij 2H+ deeltjes vrijkomen. Uit deze reactie met CH2OH-groep van zetmeel ontstaat een koolstofatoom met een waterstofatoom en een dubbelgebonden zuurstofatoom. Een koolstofatoom met een dubbelgebonden zuurstofatoom wordt een keton genoemd. Bij de omzetting van een CH2OH-groep tot een CHO-groep komen twee positief geladen waterstofatomen en twee elektronen vrij. Door de elektronen afgifte is zetmeel instaat als reductor te werken, het levert namelijk energie.
De bijbehorende reactievergelijking is:
R-(CH2OH)N → R(CHO) + 2H+ + 2e-
Hierbij is R de restgroep koolstofatomen, de grootte hiervan kan variëren.
N hangt af van het aantal R.
Zou jij ons meer kunnen vertellen over alcoholen als reductor, en vooral over zetmeel als reductor?
Heel erg bedankt!
Groetjes,
Asja en Fien