Beste @Blix ,

Ik heb jullie een prive bericht gestuurd met nadere informatie over de locatie!
Momenteel is het lastig om een rondleiding te plannen bij de reactor, ik heb al wel een aanvraag gedaan. We hebben het hier vrijdag nog over.

Groetjes,
Liam

Hoi Igor Wildeboer
Dit zou mogelijk zijn in de week van 10 November. De datum moet ik nog vastzetten maar deze zal ik jullie laten weten!

Beste @Gijsbeuz ,

Dan staat 21 Oktober genoteerd! Ik dacht zelf aan 09:30, kan ook ietsjes eerder of later als dat beter is voor jullie. Zoals eerder vermeld kunnen jullie naar gebouw 26A (Delft Science Centre) komen. Ik heb je een prive bericht gestuurd met hoe je dan daar binnen kan komen!

Groetjes,
Liam

Beste @tobiasenjelle ,

Woensdag 22 Oktober komt mij ook prima uit! En het kan zeker op locatie. Is vanaf 14:00 goed voor jullie?
Ik heb je een prive bericht gestuurd met nadere informatie over waar jullie moeten zijn en hoe je binnenkomt.

Als er verdere vragen zijn hoor ik het graag.
Tot 22 Oktober!

Groetjes,
Liam

@NoutSlijkhuis

Hoi Nout,

Dat lijkt mij prima.

Deze week ben ik helaas wel druk met tentamens, maar ik zou eventueel op vrijdag wel kunnen. Zou dit voor jou uitkomen?

Groetjes,
Bjorn

Hoi @Owen ,

Ik zit nu midden in me tentamen periode maar van 10 November heb ik weer tijd om leerlingen op locatie te helpen. Ik zal waarschijnlijk een workshop plannen eind die week of de week erop, hiervoor kunnen jullie je inschrijven en dat lijkt me een goede kans om ook direct jullie eigen modellen te testen. Jullie zouden dus wel voor die tijd de modellen geprint moeten hebben. Als jullie via een persoonlijk bericht jullie mail adres sturen kan ik jullie de handleiding sturen met instructies en formaat. Ik raad aan om je model te 3D printen waarbij het belangrijk is dat je model niet te slank is (dikte van het profiel moet minimaal 4 mm zijn zodat het 3mm schroefdraad in het model past).

Wat betreft jullie vragen over winglet keuze denk ik dat het beter is om een aantal verschillende te printen die verschillen in hoek. Als je 3 compleet verschillende winglets zou printen is het moeilijk om een conclusie te trekken uit de data. Als je focust op de uitgangshoek kan je eventueel nog het verschil waarnemen. Ga er dan wel vanuit dat je het liefst 3/4 vleugels print. 1 normale zonder wingtip, 2/3 modellen waarbij je de zelfde vleugelsectie gebruikt maar dan een wingtip aan het einde toevoegd.

Groeten,
Wick

Heyy @hannahbetsema,
Heel leuk dat je zo nieuwsgierig bent! Ik denk echter dat het lastig wordt om op het gebied van maagkanker een haalbare proefopzet te maken. Je kan dit namelijk niet makkelijk zelf onderzoeken, want daar is allerlei medische beeldvorming voor nodig. Voor je PWS moet je een praktisch deel afronden en daarom denk ik dat het verstandiger is om voor dat deel van je PWS bij borstkanker te blijven. Dat sluit natuurlijk niet uit dat je het niet over maagkanker kan hebben tijdens je literatuur onderzoek, omdat ook dat een resultaat van een erfelijke mutatie kan zijn.

Ik hoop je zo op weg te hebben geholpen en mocht je nog op andere interessante dingen stuiten ben ik daar erg benieuwd naar!

Met vriendelijke groet,
Demi

Liam van Vugt
Hoi,
Wat fijn !
Ik studeer aan de Hogeschool Utrecht.

Groetjes,
Jonah

Liam van Vugt Heel erg bedankt!

Beste Floor en Jonne,

Wat leuk dat jullie voor jullie PWS de Vizcayabrug hebben gekozen. Dat is een interessant onderwerp, omdat deze brug goed laat zien hoe natuurkunde in de bouw wordt toegepast, zoals trekkrachten in de kabels en drukkrachten in de torens.
Een maquette is een prima manier om deze krachten zichtbaar te maken. Voor een stevig model raden we aan om satéprikkers of balsa hout te gebruiken voor de torens en vakwerkconstructies, omdat dit licht en sterk is. Voor de kabels kun je het beste visdraad of dun metaaldraad gebruiken. Karton of dun triplex is geschikt voor de basis en het brugdek. Gebruik houtlijm of secondelijm voor stevige verbindingen.
Bouw het model stap voor stap: eerst de torens, daarna de hoofdkabels, vervolgens de hangkabels en als laatste het brugdek of de gondel. Verwerk driehoeken in de constructie voor stevigheid: dat voorkomt doorbuiging.

Op deze manier kan je een vrij simpele maar wel representeerbare brug kunnen maken, laat maar weten als jullie nog wat specifiekere vragen hebben!

Met vriendelijke groet,

Splinther van Rappard

@bjornlosekoot

Hoi Bjorn,

Bedankt voor je reactie. We wachten het af!

Met vriendelijke groet,

Mila en Yannick

He Isabel,

Ik ben Splinther en studeer Werktuigbouwkunde an de TU Delft. Cool onderwerp en heel erg van deze tijd, leuk! Ik ben er even wat dieper op ingegaan en ben hierop uitgekomen.
Voor een klein off-grid wooncluster van vijf huisjes is de beste en meest efficiënte combinatie meestal: zonnepanelen + batterijopslag, en eventueel windenergie als er genoeg wind is. Zonnepanelen zijn goedkoop, betrouwbaar en leveren in Nederland het hele jaar door goed stroom. In de winter wekken ze minder op, maar dat kun je opvangen met een batterij (bijvoorbeeld een lithium-ijzerfosfaatbatterij). Die slaat de energie overdag op en levert ’s nachts of bij bewolking stroom terug.

Windenergie vult de zonne-energie goed aan, vooral in de winter wanneer er minder zon is. Maar kleine windmolens leveren alleen goed als ze op een hoge mast (20–30 meter) staan op een open, winderige plek. In een bebouwde of bosrijke omgeving wekken ze vaak te weinig op om rendabel te zijn.

Voor vijf huisjes die samen ongeveer 25 kWh per dag gebruiken, heb je meestal genoeg aan: 15–25 kWp aan zonnepanelen (ongeveer 60–80 m²), een batterij van 30–60 kWh voor één tot twee dagen stroomreserve.Een kleine windturbine kun je toevoegen als er veel wind is, zodat je in de winter minder van de batterij hoeft te gebruiken.4

Ik hoop dat je hier iets aan hebt anders hoor ik het graag!

Groet Splinther
PWS team
TU Delft

Beste @Kees08 ,

Dat klinkt interessant! Piëzo elementen kan je al voor hele lage prijzen verkrijgen (onder een euro soms wel). De vraag is dan inderdaad hoe goed deze werken. Als het geluid sterk genoeg is verwacht ik wel dat deze al een afleesbare waarde geeft (zeker als je op de resonante frequentie geluid erop afstuurt).

Groeten,
Liam van Vugt

Beste @Ise ,

De Cw waarde (of "drag-coefficient") is inderdaad een complex getal dat soms lastig te bepalen kan zijn. De Cw waarde van standaard vormen (zoals vierkanten, cirkels en driehoeken etc.) zijn bekend. Je zou de drijvers kunnen benaderen als een van deze voorwerpen om zo een schatting te maken van de weerstand die deze drijvers ondervinden.
Als er verdere vragen zijn hoor ik ze graag!

Groeten,
Liam van Vugt

Beste @Basvd ,

Er zit inderdaad veel wiskunde achter een loterij! Afhankelijk van de vorm van de loterij (aantal loten en aantal winnende loten etc.) kan de wiskunde snel oplopen. Het gebied dat zich hiermee bezig houd is statistiek, kansrekening en combinatoriek om specifiek te zijn.
Een idee is om de verwachte 'winst' uit te rekenen van iemand die meedoet met een bepaalde loterij (is deze hoger of lager dan 0 euro bijvoorbeeld).
Ik zou eens kijken naar combinatoriek.
Mocht je daarna verdere vragen hebben dan help ik graag verder!

Groeten,
Liam van Vugt

He Ise,

Ik ben Splinther en studeer Werktuigbouwkunde aan de TU Delft. Leuk onderwerp, en best een leuke uitdaging. Ik heb even gekeken naar jullie infrormatie en ben hierop uitgekomen.
Je kunt berekenen hoe sterk de elektromotor moet zijn met de formule: vermogen = weerstand × snelheid. De weerstand van de boot hangt af van het gewicht, de vorm van de drijvers en de snelheid waarmee je wilt varen. Voor jullie catamaran van ongeveer 3 kilo kun je schatten dat er bij lage snelheden weinig weerstand is, maar dat die snel toeneemt naarmate de boot sneller gaat.
Uit de berekeningen blijkt dat de boot bij een snelheid van ongeveer 1 meter per seconde (3,6 km/u) ongeveer 2 watt elektrisch vermogen nodig heeft, bij 2 meter per seconde (7,2 km/u) ongeveer 15 watt, en bij 2,5 meter per seconde (9 km/u) ongeveer 30 watt. Dat betekent dat je niet zo veel energie nodig hebt om rustig te varen, maar dat het vermogen flink stijgt als je sneller wilt.
Jullie zonnepaneel van ongeveer 0,18 vierkante meter met een rendement van ongeveer 20 procent levert op een zonnige dag rond de 30 watt. Dat is dus net genoeg om de boot op zonne-energie te laten varen met een snelheid van rond de 2 meter per seconde.
Een goede keuze is een brushed elektromotor van 20 tot 40 watt die werkt op 6 tot 12 volt, bijvoorbeeld een type 540-modelmotor. Daarbij past een luchtpropeller van 8 tot 9 inch zoals die ook bij modelvliegtuigen gebruikt wordt. De motor drijft de propeller aan, die lucht naar achteren blaast en zo de boot vooruitduwt.
Omdat de zon niet altijd even fel schijnt, is het handig om een kleine buffer te gebruiken, zoals een klein accuutje of supercondensator. Die kan even wat extra stroom leveren bij het opstarten of als er een wolk voor de zon schuift.
Ik hoop dat je hier wat aan hebt. Anders hoor ik het graag!

Groet Splinther
PWS Team
TU Delft

@Isabel-Borsboom

Hoi Nina en Isabel,

Je kan je via de pwstudelft.nl website aanmelden voor de workshop onder het kopje workshops. Hier moet je dan een aantal gegevens invullen. Als er dan nieuwe workshops in worden gepland zul je vanzelf een mailtje krijgen met een uitnodiging!

Voor een UV-b lamp zou ik aanraden om bij een dierenwinkel te kijken. Ik heb online gelezen dat bepaalde reptielen UV-b straling nodig hebben en dat deze winkels daarom wel deze lampen verkopen.

Ik hoop dat dit jullie kan helpen en anders hoor ik het graag!

Groetjes,
Bjorn

He Yona,

Ik ben Splinther en studeer Werktuigbouwkunde an de TU Delft. Leuk dat je bij ons terecht bent gekomen voor je PWS, zoiets is zeker mogelijk! Het idee is wel dat je zelf met een idee of wat concrete vragen komt, wij kunnen je daarna daarmee zeker helpen wat grote stappen in de goeie richting te zetten. Een kleine cel is mogelijk, je kan op internet veel kleine kopen. Ik bedoel hiermee niet dat je dat moet doen :), maar kijk of je iets in die richting zelf kan gaan nameken. Ga daar even over nadenken en dan kunnen we er weer en keer samen over sparren. Klinkt dat oke?

Groet Splinther
PWS team
TU Delft

Beste @Hessel ,

Het groeien van kwarts is inderdaad mogelijk, maar dit vergt een methode genaamd: hoge druk hydrotermische methode. En zoals het in de naam zit moet dit proces gebeuren onder een druk van 100 bar bij een paar honderd graden celsius, en dit is dus erg lastig om uit te voeren.
Voor het piëzo-elektrisch effect is het ook mogelijk om een materiaal of kristal te verkrijgen dat je niet zelf hoeft te groeien. Deze kan je al voor weinig geld vinden op het internet.
Ik zou hier eerst eens naar kijken voordat jullie verder gaan met het zelf groeien van kwartskristallen.
Als er verdere vragen zijn denk ik graag mee!

Groeten,
Liam van Vugt

Hoi @Douwe-1 ,

Leuke opdracht! Als je een glider bouwt is een heel belangrijk deel natuurlijk de materiaal keuze. Je moet diverse krachten kunnen weerstaan, maar ook de weer condities. Het is belangrijk dat je materiaal een lange tijd mee kan en er indien kleine schade is het nog steeds bruikbaar is en je het kan repareren. Om te kijken wat voor een materialen geschikt zijn zou ik een overzicht maken wat voor materialen worden gebruikt bij de volgende vliegattributen; Paragliders, fixed wing drones, trapezium gliders en sport vliegtuigjes. De grote commerciele luchtvaart gebruik veel sterkere materialen aangezien er veel meer massa wordt vervoerd. Je kan ook rekening houden met de natuurkunde wet; moment = kracht x afstand. Hiermee kan je inzien dat materiaal op grote afstand minder krachten wil vangen omdat je anders veel last kan krijgen van buig- en torsie (draai) krachten.

Er is in de luchtvaart maar weinig ruimte voor fouten, elke fout kan catastrofaal zijn. Toch zie je bij model vliegtuigen vaak fouten in verkeerde aannamens over parameters die in computer programma's zijn doorberekend. Iets waar jij bijvoorbeeld over na zou moeten denken is;
Hoe beïnvloed regen de werking van de aerodynamica rond me vleugel?
Hoe beïnvloed temperatuur de eigenschappen van me materiaal?
Hoe reageert me model op turbulentie?

Om je zwaartepunt te bepalen heb je een aantal formules die je online kan vinden. Belangrijk is je moment coëfficiënt en waar die je wil hebben. Probeer hier wat over op te zoeken en te kijken of hij stabiliseerd als je voor of achter je zwaarte punt zit.

Groeten,
Wick